Cactustuintjes vragen weinig onderhoud en zolang zij het gehele jaar door de maximum hoeveelheid zonlicht krijgen, kunnen zij jarenlang mooi blijven. Geef in de lente en zomer regelmatig water als de compost begint uit te drogen. Zet ze in de herfst en winter koel en droog weg in een onverwarmde, vorstvrije ruimte, maar geef iets water als de planten dreigen te verdorren. ’s Zomers is een lange periode buiten op een zonnige plek ideaal, maar je kunt ze ook op de vensterbank voor het open raam in de zon zetten.
Een cactustuintje binnenshuis
Deze tuintjes zijn kant-en-klaar te koop, maar als je er zelf één maakt, kun je net zoveel zorg en aandacht aan de samenstelling besteden als bij een ‘echte’ tuin. Je kunt de bak en de cactussen aanpassen bij de kleur en stijl van je interieur. Een cactustuintje is ook een origineel cadeau.
Je hebt nodig:
- Een bak met gaten voor de afwatering
- Afwateringsmateriaal zoals bloempotscherven
- Speciale tuinaarde voor cactussen
- Grind of grof zand
- Grote lepel of kleine troffel
- Kiezelsteentjes, zand, scherfjes of kiezelzand
- Grote decoratieve stenen (eventueel)
- Diverse cactussen zoals: Pachypodium, Mammillaria, Echeveria peacockii en Aloë variegata
Stap 1
Bedek de bodem van een bak met afwateringsgaten met een 1,5 cm dikke laag afwateringsmateriaal zoals bloempotscherven.
Stap 2
Vul de bak tot 2,5 cm onder de rand met speciale tuinaarde voor cactussen, of meng een derde deel gewone tuinaarde met grof zand of kiezelzand.
Stap 3
Rangschik de plantjes (terwijl ze nog in de pot zitten) en de grote stenen, totdat het effect je bevalt. Groepeer diverse planten en zet een of twee opvallende exemplaren apart.
Stap 4
Werk vanuit het midden en haal elke plant uit haar pot. Gebruik een opgevouwen stuk papier om de stekelige soorten op te tillen. Maak met een lepel of troffel een opening in de aarde. Zet de wortelknol in het gat en zorg dat de bovenkant op gelijke hoogte met de tuinaarde ligt. Bijvullen met tuinaarde en voorzichtig met uw vingers aandrukken. Zet zo alle planten in de bak.
Stap 5
Bedek het oppervlak met een 5 cm dikke laag grind, zand, scherfjes of steentjes.