Cacteeën en vetplanten horen tot de meest geliefde kamerplanten. Zij leven lang, geven weinig problemen, vragen nauwelijks zorg en zijn tegelijkertijd een lust voor het oog. Maak eens een miniatuur woestijnlandschap of een grote cactustuin, waarvan je het hele jaar plezier kunt hebben.
De cactus behoort tot de grote familie van de stekelige vetplanten (succulenten) – planten die water opslaan in opzwellend celweefsel. De diverse planten die met de naam cactus worden aangeduid, onderscheiden zich heel duidelijk van andere plantensoorten. Cactussen en vetplanten hebben geen gewone bladeren, maar vaak een boeiend patroon van stekels en exotische bloemen.
In tegenstelling tot de meeste kamerplanten, die pas in volle wasdom goed ogen, hebben zelfs de kleinste cactussen en vetplantjes dezelfde karakteristieke kenmerken als hun oudere soortgenoten – en dat maakt hen heel geschikt voor een miniatuurtuintje.
Plantenbronnen
Zaadhandelaren verkopen gemengd cactuszaad dat in het voorjaar gemakkelijk ontkiemt, mits het niet te oud is. Maar bij de meeste zaaiingen duurt het minstens een jaar voordat de plantjes groot genoeg zijn om over te planten. Misschien kun je daarom beter plantjes dan zaad kopen.
Er zijn overal kleine en middelgrote cactussen en vetplanten verkrijgbaar en in veel tuincentra vind je een aparte afdeling woestijnplanten. De kleine cactussen zijn niet duur en een aantal van deze mini-plantjes kosten samen vaak net zo veel als 1 gewone kamerplant. In speciale cactuskwekerijen vind je behalve zeldzame en ongewone soorten ook grote exemplaren, maar deze zijn dikwijls vrij prijzig omdat een cactus een langzaam groeiende plant is.
| Geschikte cactussen | Geschikte vetplanten |
|---|---|
| Aporocatus flagelliformis (zweep- of slangencactus) | Aeonium arboreum ‘Atropureum’ |
| Astrophytum myriostigma (bisschopsmuts) | Aeonium haworthii |
| Cephalocereus senilis (grijsaardcactus) | Aeonium tabulaforme |
| Cereus peruvianus (zuilcactus) | Aichryson laxum |
| Chamaecereus sylvestri (rupscactus)** | Aloë arborscens (boomaloe) |
| Cleistocactus strausii | Aloë aristata |
| Echinocereus pectonatus (regenboogcactus) | Aloë brevifolia |
| Ferocactus latispinus | Aloë humilis |
| Gymnocalicium denudatum (spincactus) | Aloë variegata (patrijsveeraloe) |
| Lobivia hertrichiana** | Cotyledon undulata |
| Mammillaria elegans** | Crassula argentea |
| Mammillaria bocasana** | Crassula lycopodioides |
| Mammillaria zeilmanniana | Echeveria derenbergii |
| Notocactus ottonis** | Echeveria elegans |
| Opuntia microdasys (schijfcactus) | Echeveria setosa |
| Rebutia kupperana** | Euphorbia obesa |
| Rebutia senilis | Sedum adolphi |
